Als werkgever wil je er zeker van zijn dat je medewerkers veilig kunnen werken en adequaat reageren bij calamiteiten. BHV (bedrijfshulpverlening) speelt daarbij een cruciale rol: van eerste hulp bij ongevallen tot coördinatie van een ontruiming. In dit artikel lees je wanneer een BHV-cursus verplicht is, voor welke medewerkers je de training moet organiseren en wat de aanbevolen herhalingstermijnen zijn. Voor een volledig overzicht van alle situaties waarin BHV verplicht is voor je organisatie, bekijk je ook ons artikel “Wanneer is BHV verplicht voor je bedrijf?”.
Wettelijke basis: Arbowet en Arbobesluit
In de Arbowet vind je de algemene verplichting voor werkgevers om te zorgen voor veilige arbeidsomstandigheden. Artikel 14 stelt dat je een organisatie rond BHV moet opzetten als dat nodig is voor de veiligheid en gezondheid van medewerkers. In het Arbobesluit (artikel 2.4) staat dat je voldoende BHV’ers moet hebben, afgestemd op de aard van het werk, het aantal medewerkers en de risico’s die uit de RI&E naar voren komen.
Een goede Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (RI&E) laat zien welke gevaren er in jouw bedrijf aanwezig zijn: van brandrisico’s tot medische noodsituaties. Als uit je RI&E blijkt dat hulpverlening bij incidenten niet gegarandeerd is zonder getrainde collega’s, dan is een BHV-cursus verplicht.
Welke medewerkers moeten de BHV-training volgen?
Niet iedereen in je organisatie hoeft dezelfde BHV-cursus te volgen. Het gaat om die medewerkers die in de RI&E als BHV’er zijn aangewezen. Denk aan:
- Vaste medewerkers die je aanwijst voor eerste hulp, brandbestrijding of ontruiming.
- Flexibele krachten en uitzendkrachten als ze werken op plekken met verhoogde risico’s (zoals een productielijn of een drukke evenementenlocatie).
- Medewerkers met thuiswerk-BHV-taken wanneer alarmmeldingen of bepaalde coördinerende taken vanuit huis verlopen.
Door in het arbeidscontract en je personeelsbeleid alvast te benoemen welke BHV-verplichtingen gelden, weet iedereen waar hij of zij aan toe is. Zo voorkom je onduidelijkheid en zorg je dat je altijd voldoende getrainde collega’s klaar hebt staan.
Herhalingsplicht: niet wettelijk, wél volgens NIBHV
De Arbowet schrijft geen vaste termijnen voor herhaling van de BHV-cursus voor. Wel wordt van je verwacht dat medewerkers blijven voldoen aan de kwalificatie-eisen en dat de kwaliteit van hulpverlening behouden blijft. Het NIBHV adviseert daarom:
- Volledige BHV-herhaling (theorie + praktijk): minimaal één keer per jaar. Dit zorgt ervoor dat actuele protocollen, nieuwe technieken en veranderende risico-inventarisaties worden bijgewerkt.
- Kwartaaltrainingen: korte praktijkoefeningen (zoals blussergebruik, ontruiming en reanimatie) elke drie maanden om routinematig te oefenen en kennis op te frissen.
Door theorie en praktijk over het jaar te verspreiden, voorkom je kennisverlies en zorg je dat BHV een vast onderdeel wordt van de werkcultuur. Met online modules kun je het theoretische gedeelte flexibel organiseren, terwijl je voor de praktijkoefeningen een dagdeel reserveert.
Extra momenten voor een nieuwe BHV-cursus
Naast de vaste herhalingsmomenten zijn er situaties waarin je direct een extra training moet inplannen:
- Na een calamiteit of ontruiming: evalueer samen wat goed ging en welke punten extra aandacht vragen. Plan vervolgens een gerichte bijscholing om tekortkomingen aan te pakken.
- Bij organisatieveranderingen: nieuwe machines, andere werkprocessen of een extra locatie kunnen nieuwe risico’s introduceren. Zorg dat je BHV-team daar meteen op is voorbereid.
- Introductie van nieuwe BHV-rollen: wie de rol van ploegleider of coördinator op zich neemt, volgt een verdiepend leiderschapsgedeelte binnen de BHV-training.
Op die manier houd je je organisatie wendbaar en zorg je dat BHV altijd aansluit op de actuele situatie.
Gevolgen als je niet voldoet
Een onvoldoende BHV-organisatie kan flinke gevolgen hebben:
- Inspectie SZW-boetes: deze kunnen oplopen tot € 8.000 per overtreding, afhankelijk van de ernst.
- Verhoogde aansprakelijkheid: bij ongevallen of brand kunnen werkgever en bestuurders persoonlijk aansprakelijk worden gesteld.
- Reputatieschade: confidentiële procedures en veiligheidsimago krijgen een deuk, zowel intern bij medewerkers als extern bij klanten en partners.
Investeren in BHV is daarom niet alleen een wettelijke verplichting, maar ook een investering in continuïteit en vertrouwen.
Praktische tips om BHV-organisatie soepel te laten verlopen
Voor bedrijven van elke omvang geldt: plan vooruit en maak BHV onderhoudsvriendelijk. Enkele best practices:
- Jaarplanning BHV: verwerk herhalingen en oefeningen in je jaarkalender, zodat je team weet waar het aan toe is.
- Blended learning: combineer e-learning voor theorie met praktische bijeenkomsten, waardoor je efficiënt tijd en middelen inzet.
- Flexibele inzet: huur externe BHV’ers in voor piekmomenten of extra dekking bij vakanties en verlof.
- Simulatie-oefeningen: werk met realistische scenario’s, zoals een kleine brand in de kantine of onwelwording op de werkvloer.
Een goede voorbereiding voorkomt stress tijdens een échte calamiteit en versterkt de betrokkenheid van je team.
Wat vind jij hiervan?